Lezing door Ruurd Van Diggelen in het kader van Studium Generale Planeet B. Het studium generale vertrekt dit jaar van een utopisch gedachte-experiment. Planeet B bestaat en er is leven mogelijk!
Hoewel we onszelf als heel bijzonder beschouwen zijn mensen gewone dieren. Ook mensen hebben schoon drinkwater, voldoende voedsel en zuivere lucht nodig. Olie kun je niet drinken, geld nog minder eten en een virtuele realiteit al helemaal niet inademen. Net als dieren hebben ook mensen een aarde nodig en moeten ze die in stand houden om te kunnen overleven. Wat een geluk dat er een aarde 2 bestaat nadat aarde 1 onbewoonbaar is geworden. En nog een veel groter geluk dat zich op aarde 2 nog geen andere mensachtigen hebben ontwikkeld! Vastbesloten om de fouten van het verleden niet nog eens te herhalen moeten we al onze kennis en kunde gebruiken om aarde 2 in stand te houden. Maar dat kunnen we niet alleen: we leven in relatie met andere organismen. We eten planten en misschien ook dieren. Die planten zorgen voor de zuurstof die we inademen. Ze groeien op een bodem die in stand wordt gehouden door een waar leger aan organismen die ons afval afbreken. Alleen die minuscule wezens zijn in staat ervoor te zorgen dat we na 50 jaar niet kniehoog door ons vuil rondwaden. Kortom, het is in ons eigen belang om de relaties met de organismen om ons heen op orde te houden. Maar hoe kunnen we onze relatie met de aarde duurzaam in stand houden? Waar gaan we wonen? Wat eten we? Hoe komen we aan schoon water? Wat doen we met de natuur? Hoe zorgen we er voor dat kringlopen blijven draaien zodat ook de generaties na ons kunnen overleven? De huidige bijdrage gaat in op dergelijke basale relaties en geeft randvoorwaarden vanuit een biologisch gezichtspunt.
Rudy van Diggelen werd geboren in Groningen, Nederland. Hij heeft gedurende zijn leven vele facetten van het Wirtschaftswunder persoonlijk mogen meemaken: de eerste auto in de straat, de opkomst van de televisie, vliegreizen, open grenzen, computers, mobiele telefoons, maar ook milieuvervuiling, biodiversiteitscrisis en populisme. Rudy van Diggelen woonde op verschillende plekken in Nederland totdat hij biologie ging studeren in Groningen. Na afloop van die studie werkte hij mee aan diverse projecten in binnen- en buitenland maar kwam weer naar Groningen terug om daar te promoveren op een proefschrift met als titel Moving gradients. Hoe verschuiven onderlinge relaties in een landschap als gevolg van menselijk handelen? Van Diggelen bleef meer dan 20 jaar verbonden aan de Groningse universiteit waar hij werkte aan iets wat men tegenwoordig natuurherstel of restoration ecology noemt. Hij heeft zich altijd sterk met problemen uit de praktijk geïdentificeerd en had dan ook – naast een wetenschappelijke kennissenkring – een groot netwerk van natuur- en waterbeheerders, landschapsplanners en ‘groene’ deskundigen in regionale en nationale overheden. Hij was lid van verschillende commissies, expertgroepen en wat dies meer zij op het vlak van natuur- en landschapsherstel. Zo was hij van 2001 tot en met 2006 voorzitter van het Europese Chapter van de Society for Ecological Restoration, de overkoepelende internationale organisatie van mensen die zich beroepsmatig met natuurherstel bezighouden. Ook was hij in die tijd enkele jaren lid van het bestuur van de moederorganisatie.
Eind 2008 kwam Van Diggelen naar Antwerpen om bij de onderzoeksgroep Ecobe van het Departement Biologie te gaan werken (Global Change Ecology Excellence Center). Meer nog dan in Groningen heeft hij zich hier gericht op onderwijs, vooral aan studenten van de in 2011 gestarte internationale master Biodiversity: conservation and restoration. Zijn onderzoek heeft zich gericht op thema’s rond biodiversiteit en natuurherstel, met name de relatie bodem-water-vegetatie. Vaak gebeurde dat samen met natuurbeschermingsorganisaties of regionale of landelijke overheden maar ook de Europese Commissie of de Antwerpse Zoo behoren tot de opdrachtgevers. In recente jaren heeft de klimaatdiscussie ervoor gezorgd dat onderzoek naar biodiversiteitsherstel en CO2 vastlegging in veen-ecosystemen veel sterker in de maatschappelijke belangstelling is komen te staan.
i.s.m. Universiteit & Samenleving