17 okt 2021

Interview met Wladimir van Wilgenburg: “De Koerdische kwestie is ideologisch ingewikkeld”

Interview met Wladimir Van Wilgenburg, afgenomen door Niels Morsink

Onze kranten berichten oppervlakkig over de Koerden. In kleine artikels over terrorisme in Turkije, de strijd tegen IS en de burgeroorlog in Syrië komen ze enkel zijdelings aan bod. Wie zich op eigen houtje meer in de hedendaagse Koerdische politiek verdiept, raakt snel verstrikt in de verschillende partijen en bewegingen van Koerden in Syrië, Irak, Turkije en Iran. Om klaarheid te scheppen over de Koerden vandaag, spraken we met Wladimir Van Wilgenburg, een Nederlandse journalist in het Noorden van Irak die voor de Engelstalige website Kurdistan24 schrijft en dezelfde website van adembenemende natuurfoto’s en video’s voorziet. In 2019 publiceerde hij samen met Harriet Allsopp “The Kurds of Northern Syria: Governance, Diversity and Conflicts” bij I.B. Tauris en in juni 2021 verscheen bij dezelfde academische uitgeverij “Accidental Allies: The US–Syrian Democratic Forces Partnership Against the Islamic State” dat hij samen met Michael Knights schreef.

Wladimir Van Wilgenburg in Noordoost Syrië

Wie zijn de Koerden? En bestaan ze wel?

Het stoort me dat mensen zeggen dat dé Koerden als een verenigd volk niet bestaan, verdeeld zijn en daarom geen land hebben. Net als dé Belgen hebben de Koerden ideologische meningsverschillen en bestaan er verschillende politieke partijen. 

Hadden de Koerden ooit een onafhankelijke staat?

De Koerden hebben doorheen de geschiedenis weinig geluk gehad. Er bestond nooit een onafhankelijk Koerdistan, maar wel een erkende Koerdische entiteit in het Osmaanse Rijk, waarbij semi-autonome Koerdische gebieden door prinsen werden bestuurd. De bekende Islamitische leider Salahadin Ayubi was ook een Koerd, maar vocht in de naam van de Islam en niet voor een autonoom Koerdistan. Na de Eerste Wereldoorlog en het uiteenvallen van het Osmaanse Rijk viel in het Verdrag van Sèvres (1920) het idee van een onafhankelijke Koerdische staat te lezen, maar de Turkse staatsvorming verhinderde deze piste. Toen Turkije ontstond, hadden de Koerden niks meer, maar vandaag hebben ze autonomie in Irak en Syrië. 

Hoe hebben ze zich politiek georganiseerd?

Er zijn ongeveer 40 tot 50 miljoen Koerden. Dat is een schatting, want de Koerden worden niet geteld, omdat ze geen eigen staat hebben. Er zijn Koerden in Turkije, Irak, Iran en Syrië, waar ze hun eigen politieke partijen hebben. Een van de grootste partijen is de Democratische Partij van Koerdistan (KDP – Kurdish Democratic Party), die mullah Mustafa Barzani in de jaren 1940-1950 oprichtte. De partij was gericht op Irak, maar kreeg ook steun van Koerden in Turkije en Syrië, die samen met mullah Mustafa Barzani tegen de Iraakse staat vochten. Zo zijn er meerdere Koerdische opstanden geweest. Binnen die partij ontstond in de jaren 1970 een splitsing, toen linkse intellectuelen de Patriottische Unie Koerdistan (PUK) met aan het hoofd Jalal Talabani stichtten. De Koerdische Arbeiderspartij (PKK), opgericht in de jaren 1970 in Turkije, heeft ook veel invloed en aanhangers in Irak, Iran, Syrië en Turkije. De PKK, PUK en KDP zijn de grootste partijen, maar er bestaan nog veel andere Koerdische partijen.

Een belangrijk moment in de recente Koerdische geschiedenis was de de facto autonomie sinds 1991. Die kwam er dankzij een no-fly zone, die Amerikaans president George Bush senior in Noord-Irak creëerde om de Koerden, die in opstand waren gekomen, te beschermen tegen de vergelding van Saddam Hoessein. In 1992 volgden verkiezingen, maar de regeringsvorming werd onderbroken door een burgeroorlog tussen de KDP en de PUK. De partijen vochten omwille van ideologie, territorium en financiën, zoals de inkomsten van de grensovergangen. Deze burgeroorlog kwam in 1998 tot een einde met het Albright-Akkoord. Na de val van Saddam in 2003 kregen de Koerden een autonome staat binnen de Iraakse Grondwet als erkenning voor hun aandeel in de opstand tegen Saddam Hoessein. Vervolgens kwam er in 2005 een gemeenschappelijk bestuur van de Koerdische regio (KRG). De Syrische Koerden, onder de leiding van de YPG (Volksverdedigingskrachten) en PYD (Democratische Eenheidspartij), hebben ook een vorm van autonomie, maar deze is niet erkend zoals in Irak.

Hoe is de situatie vandaag in Iraaks Koerdistan?

Het vergoten bloed zindert nog na. De KDP en PUK blijven ideologische en financiële geschillen hebben. De scheidingslijn is nog steeds duidelijk in de regio. Wanneer je naar gebied van de PUK gaat, dan zie je foto’s van Talabani met de groene vlag van de PUK, en in het gebied van de KDP zie je de gele vlag van de KDP en foto’s van Barzani. 

Wat met de Koerden in Syrië?

Voor de Syrische Koerden liep de geschiedenis helemaal anders. In Syrië zijn er slechts één tot drie miljoen Koerden. Ze hebben steeds onder invloed gestaan van Koerdische partijen buiten Syrië zoals de KDP van Barzani. Zo was de eerste partij onder de Syrische Koerden niet toevallig de Koerdische Democratische Partij van Syrië (KDP-S), die werd gesticht in 1957. In navolging van de splitsing van de KDP in Irak geraakte de KDP-S in Syrië ook opgesplitst. Na de militaire coup van 1980 in Turkije kon de PKK zich moeilijk in Turkije organiseren. Daarom sloot ze een akkoord met Hafiz al Assad (president van Syrië van 22 februari 1971 tot 10 juni 2000 nvdr) om in Syrië te kunnen rekruteren en vanuit Syrië acties tegen Turkije te ondernemen. Assad stond dit toe omdat er toen veel geschillen waren tussen Turkije en Syrië, ondermeer wat betreft waterbronnen. 

Waar de Koerden in Syrië aanvankelijk aanhangers waren van de KDP, groeide de invloed van de PKK geleidelijk omwille van hun politieke aanwezigheid. Er bestonden al sterke banden tussen de Koerden in Turkije en Syrië, omdat er veel Turkse Koerden na opstanden tegen de Turkse staat in de eerste helft van de twintigste eeuw naar Syrië waren gevlucht. Veel mensen hebben familie aan beide kanten van de Turks-Syrische grens die erg arbitrair is. In 1998 sloten Turkije en Syrië het Adana-akkoord, waarna beide samenwerkten om te strijden tegen de PKK. De leider van de PKK, Abdullah Öcalan, moest uit Syrië vertrekken en werd een jaar later door Turkije opgepakt.  Toen in 2011 de Syrische burgeroorlog uitbrak, trok het Syrische regime zich terug uit Noord-Syrië. De Syrische aanhangers van Öcalan keerden terug en richtten het Koerdisch zelfbestuur in Noord-Syrië op.

Daarnaast werd met steun van Barzani in 2011 een aantal Syrische Koerdische partijen rond de tafel gebracht om de Koerdische Nationale Raad (KNC) op te richten. Ze probeerden naar het voorbeeld van Irak hierbij de macht te verdelen, maar dat is nooit echt geïmplementeerd. Er wordt nog steeds geprobeerd om een akkoord te vinden in Syrië tussen Öcalan-aanhangers en de aanhangers van Barzani, maar zonder vrede tussen de PKK en de Turkse staat is dit lastig. Turkije oefent druk uit op de KDP en de KNC om niet samen te werken met de PYD. 

Ook in Iran leven Koerden, maar tijdens de Iraanse revolutie heeft het regime de Koerdische partijen onderdrukt en verdreven uit Iran. De naar Europa gevluchte leiders werden tijdens vredesbesprekingen vermoord, en daarna zijn de partijen steeds meer verzwakt en opgesplitst. Over deze Iraanse Koerden hoort men nog heel weinig, omdat  er weinig persvrijheid is in het dictatoriale Iraanse regime, en het Westen weinig interesse heeft in de verdeelde en machteloze Iraanse Koerden. In het verleden hebben de Koerdische partijen in Iran gebied gecontroleerd, maar dit verloren ze telkens wanneer de Iraanse regering sterker werd.

Kortom naast allerlei seculiere, islamitische en andere partijen heb je drie grote Koerdische bewegingen: de Öcalan-aanhangers, de Talabani-aanhangers en de Barzani-aanhangers. 

Waarom worden Koerden aanhanger van de ene of de andere beweging?

Over het algemeen sluiten veel jonge Koerden zich aan bij politieke partijen in Iran, Syrië, Turkije en Irak om te ijveren voor de Koerdische zaak. In Irak is er een autonome regio, dus is het ook vaak voor een salaris. Het is er erg veranderd tegenover het verleden, toen de Peshmerga’s nog in de bergen tegen het Iraakse regime vochten.

In Turkije vormen ook islamistische Koerden een politieke partij. Heb je deze ook in Syrië en Irak?

Na de arrestatie van Öcalan heeft de Turkse staat ingegrepen tegen de islamistische Hezbollah, dat zich vervolgens transformeerde in de politieke partij Hudapar. Deze islamistische partij wordt gedeeltelijk gesteund door de Turkse staat, en is dus geen bottom-up beweging. Het is eigenlijk een islamistische kopie van de Koerdische beweging in Turkije.

In Iraaks Koerdistan heb je drie of vier islamitische partijen waaronder een salafistische partij en het moslimbroederschap. In Syrië heb je geen Koerdisch islamitische partij. De moslimbroederschap heeft geprobeerd om voet aan wal te krijgen, maar dat is ondanks de Turkse steun mislukt.

Kan je ons iets vertellen over Rojava in Syrië? Is het vergelijkbaar met Iraaks Koerdistan?

Het systeem van Iraaks Koerdistan is Koerdisch-nationalistisch, terwijl in Noord-Syrië, waar Arabieren, Christenen en Koerden samenleven, het democratisch confederalisme van Öcalan wordt toegepast. In sommige gebieden, zoals Raqqa en Deir-ez-zor, is er een Arabische meerderheid. Daarom gebruiken ze de naam ‘Noordoost Syrië’ in plaats van ‘Rojava’. In 2011-2012 werd de naam “Rojava”, wat “West-Koerdistan” betekent, nog gehanteerd, maar vanwege de veroveringen van niet-Koerdische gebieden in de strijd tegen IS volgde een naamsverandering. 

De Koerdische gebieden in Noord-Syrië verschillen ook geografisch van deze in Irak. In Iraaks Koerdistan zijn er ook Arabieren, Assyriërs, Turkmenen, etc. maar zijn de Koerden niet gesplitst in verschillende enclaves. In Syrië vormen de Koerdische gebieden geen verenigd en homogeen gebied, onder andere omdat het Syrische regime in het verleden sterk heeft ingezet op het Arabiseren van de Koerdische gebieden. Aangezien in Syrië er dus drie Koerdische enclaves omringd worden door Arabische meerderheden, is het lastig om er een Koerdistan regio zoals in Irak op te richten. 

De PYD is linkser dan het conservatieve en tribale Iraakse Koerdistan, waar invloedrijke families de partijen controleren. De Syrische Koerden hebben minder een stammencultuur dan de Iraakse Koerden. Sommige Syrische Koerden weten zelfs niet wat hun stam is. Iraaks Koerdistan is ondertussen meer ontwikkeld dan het Syrische Koerdische gedeelte. 

Hoe wordt Noordoost Syrië bestuurd?

Het bestuur in Noordoost Syrië is gebaseerd op het democratisch-confederalisme van Abdullah Öcalan, die op zijn beurt sterk was geïnspireerd door de Amerikaanse anarchist Murray Bookchin. De bedoeling is dat lokale raden besluiten maken, die dan naar het regionale niveau doorstromen. Noordoost Syrië is opgedeeld in zeven regio’s met daarboven een nationaal bestuur. Er is geen parlement, maar wel zelfbestuur in de regio’s. 

De demografie van de regio’s verschilt waardoor ze ook andere regels hebben. In de Koerdische regio’s zijn trouwen met minderjarigen en polygamie verboden. Het onderwijs verloopt er in het Koerdisch en er is dienstplicht. In de Raqqa en Deir-ez-zor regio’s gelden andere regels bijvoorbeeld op gebied van vrouwenrechten en met name polygamie. De Arabische bevolking in Syrië is veel conservatiever dan de Koerdische bevolking, omdat deze laatste veelal stedelijk en hoogopgeleid is.

De ruggengraat van elke staat zijn de inkomsten en de verdeling ervan. Hoe is die georganiseerd?

Het fiscaal en economisch beleid is gecentraliseerd. De olie van Deir-ez-zor en Hasakah zorgt naast landbouw en andere belastingen voor het leeuwendeel van de inkomsten. Elke regio heeft een eigen budget voor onder andere reconstructie en elektriciteit. Net als in Iraaks Koerdistan zijn veel mensen afhankelijk van de overheid voor hun inkomen. Er werken bijvoorbeeld duizenden mensen voor de politie.

Wat is de politieke lijn van het bestuur? Waar ligt de nadruk op?

Er heerst een linkse ideologie met een nadruk op participatie van onderuit en gendergelijkheid, wat in tegenstelling tot het conservatieve Iraaks Koerdistan daadwerkelijk in de praktijk wordt gebracht. Zo wordt er overal met een mannelijk en vrouwelijk covoorzitterschap gewerkt. Daarnaast ligt de nadruk op ecologie. Er staan overal borden die inwoners aanmanen de natuur schoon te houden. Dat is een beetje wrang, omdat oliewinning de grootste inkomstenbron voor de overheid is. Daarenboven is de manier van oliewinning vanwege een gebrek aan investeringen niet erg geavanceerd en zeer vervuilend. 

Wat is de toekomst van Noordoost Syrië?

Momenteel is Syrië verdeeld in vier gebieden. Ten eerste controleert het Syrische regime samen met de Iraniërs en Russen een groot deel van het land. Ten tweede is er een deel dat wordt gecontroleerd door de Koerden of de SDF/YPG. Ten derde is er Idlib, dat de jihadisten bezetten. De Turken hebben ook posities rond Idlib, omdat Turkije niet wil dat er nog meer Syriërs naar Turkije vluchten. Ten vierde controleren de Turkse rebellen een gebied. Turkije heeft na het mislukken van de vredesgesprekken met de PKK in 2016 een offensief gelanceerd om het verenigen van de Koerdische enclaves in Syrië te voorkomen. Als gevolg daarvan raakten duizenden mensen ontheemd. Na een tweede offensief in 2018 volgde er nog één in 2019, nadat de Verenigde Staten zich gedeeltelijk uit het gebied hadden teruggetrokken. Ondanks regelmatige schermutselingen bij Ain Issa, lijkt Turkije momenteel meer gericht op de strijd tegen de PKK in Iraaks Koerdistan, en zijn er weinig tekenen dat Turkije een nieuwe operatie in Noordoost Syrië zal lanceren. 

De Amerikanen trokken zich niet terug uit Deir-ez-zor en de provincie Hasakah waar de olie zit. Doordat de Koerden deze olie nog controleren en verkopen, kunnen ze het zelfbestuur overeind houden. De Amerikanen zullen niet snel vertrekken, maar toch blijft dat een risico. Zolang de Syrische Koerden geen erkenning hebben voor hun regio, is hun toekomst onzeker. Een belangrijke sleutel ligt bij een nieuw vredesproces tussen Turkije en de PKK. Indien dit conflict in Turkije gedemilitariseerd geraakt, zou dit ook een impact hebben op Syrië.

Er zijn ook spanningen met de Russen die willen dat de Amerikaanse troepen integraal vertrekken, maar het lijkt me onwaarschijnlijk dat de Russen en het Syrische regime Noordoost Syrië weer proberen in handen te krijgen, omdat ze de handen vol hebben met Idlib en met IS-aanvallen in het woestijngebied bij Deir-ez-zor.

Hoe zou je de situatie in Noordoost Syrië evalueren?

De situatie in Noordoost Syrië is niet perfect, maar beter dan de andere gebieden in Syrië. In het door Turkije gecontroleerde gebied worden vrouwen verkracht en mensen ontvoerd. Terwijl er geen grootschalige mensenrechtenschendingen in Noordoost Syrië plaatsvinden, gebeuren die wel in het gebied onder controle van het Syrische regime. Veel Westerse onderzoekers en journalisten bezoeken Noordoost Syrië, terwijl het in andere delen van Syrië lastiger is om visa’s te krijgen en kritische artikels te schrijven.

Wat zijn je plannen in de toekomst?

Ik blijf voor Koerdische en Nederlandse media over Koerden schrijven. Ik heb net ook een boek gepubliceerd over de SDF en hun samenwerking met de Amerikanen. 

Wat zijn nog interessante personen om over de Koerden in Noordoost Syrië en Irak te lezen?

Gayle Tzemach Lemmon, een Amerikaanse die heel vaak in Syrië is geweest, bracht “The Daughters of Kobani” uit over het genderaspect, met name waarom vrouwelijke strijders zich bij de YPG aansluiten. Het gaat ook over hoe de Amerikaans-Koerdische samenwerking tegen Islamitische Staat is ontstaan. Daarnaast zijn er nog twee Nederlandse vrouwen die weliswaar niet meer in de regio verblijven. Frederike Geerdink richt zich vooral op de PKK en Judit Neurink is gespecialiseerd in de Koerden in Irak. Jonathan Randal en Quil Lawrence hebben ook interessante boeken geschreven. Er zijn ook veel academici die over Koerden schrijven, inclusief bekende namen als Martin van Bruinessen, Michiel Leezenberg en Joost Jongerden. “Kurdistan in the Shadow of History” is ook een prachtig fotoboek, maar erg duur.

Niels Morsink is een freelance boekrecensent onder andere bij Humo, Samenleving & Politiek en De Lage Landen. Daarnaast is hij vrijwillig medewerker aan de KU Leuven en schrijft hij over Turkse politiek.