16 jan 2021

Harriet Bergman – Druppels op een gloeiende planeet: welke verhalen brengen kracht voor verandering?

We zijn allemaal klimaatsceptici. Er zijn mensen die klimaatwetenschap ontkennen. Er zijn mensen die beweren dat het klimaat verandert maar dat menselijk handelen daar geen invloed op heeft. En er zijn steeds meer mensen wiens woorden en daden niet overeenkomen. Ik voel me regelmatig schuldig dat ik tot die laatste groep behoor, en misschien doe jij dat ook wel. Ik heb het sterke en wetenschappelijk onderbouwde vermoeden dat we als mensheid de komende decennia regelrecht op een ramp afkoersen, en weten rem noch stuur te pakken. De verhalen die verteld worden over klimaatontwrichting tekenen de contouren van mijn handelingsperspectief. Een lange tijd had ik geen idee wat ik kon doen behalve me schuldig voelen. In dit stuk wil ik uiteenzetten hoe dat komt, en hoe ‘privilege’ daar een rol in speelt. Klimaatactivisten kunnen lessen trekken van de anti-racisme beweging. Die lessen draaien om het niet bij de feiten neerleggen, systeemverandering in plaats van schuldgevoelens, en kracht vinden door te handelen.

Harriet Bergman promoveert aan de Universiteit Antwerpen op de politieke emoties die klimaatverandering teweegbrengt. Ze combineert inzichten uit critical race theory en feministische filosofie met klimaatrechtvaardigheid. Ze studeerde aan de Universiteit van Amsterdam en de San Francisco State University. Soms verbindt ze theorie met praktijk, bij diverse klimaatrechtvaardigheidsactiegroepen.

Ontkenning als medicijn tegen de pijn

De impact van klimaatontwrichting tot je door laten dringen kan grote emotionele gevolgen hebben. Doordringen is meer dan instemmend knikken als een wetenschapper wat zegt op televisie, en meer dan meewarig kijken naar de buurman die zegt dat het wel mee zal vallen. Ik wist al jaren dat klimaatverandering bestond. Dat de temperatuur hoger werd, de zeespiegel steeg, bosbranden woekerden. Dat sommige mensen daarom geen plastic tasje, vliegvakantie of kind wilden. Dat andere mensen ondanks die offers stierven, net als duizenden diersoorten die voorgoed verdwenen. Iedereen weet dat het klimaat verandert. Dat is nu eenmaal zo. Net zoals dat de lucht blauw is, net zoals zwaartekracht maakt dat dingen op de grond vallen, net zoals iedereen weet dat het leven goede en slechte tijden kent. Dat weten we, en daarna gaan we door met ons leven. Op die manier praktiseren we een vorm van ontkenning, namelijk de ontkenning van implicatie.

Een korte parabel uit onze populaire beeldcultuur. Lisa Simpson is een melancholisch, betweterig en intelligent meisje met een enorm rechtvaardigheidsgevoel. Hoewel ze een fictief karakter is uit de cartoonserie The Simpsons, zijn haar zorgen over milieu, klimaat, en onrecht zeker reëel. In een van de afleveringen leert Lisa de extreme milieuschade kennen die wordt aangericht in haar omgeving. Ze krijgt Ignorital voorgeschreven om haar te helpen om te gaan met haar negatieve emoties. Lisa ziet alleen nog maar smileys. De effecten van haar pilletje zijn als die van een psychedelische trip. Het is een effectief middel tegen bijna al het onrecht in de wereld. Doordat de werkelijkheid vervormd wordt, ziet ze niet meer wat er gaande is. Wat niet weet, wat niet deert, en dus kijkt ze versuft gelukkig voor zich uit. Een paardenmiddel misschien, maar het werkt effectief om Lisa te behoeden van in actie te komen. De samenleving blijft draaien op fossiele brandstoffen, gaat door met extractie en het uitstoten van CO2 terwijl de wereld brandt.

Privilege, eco-fragiliteit en schuldgevoelens: de overlappende emoties en verhalen van anti-racisme en klimaatactivisme

Lisa schaamt zich aanvankelijk als ze voor het eerst doorheeft hoezeer ze de ogen sloot voor het onrecht om haar heen. Dat is een bekende reflex. De meeste geprivilegieerde mensen hebben een goed beeld van zichzelf: het idee dat hard werken hen gebracht heeft waar ze zijn, en dat ze hun positie in het leven zelf verdiend hebben. Als dat beeld dan niet volledig blijkt te kloppen, ontstaat er ongemakkelijke cognitieve dissonantie. Dit geldt voor kennis over onze impact op de leefomgeving, maar schaamte en fragiliteit zijn ook affecten die een rol spelen in de strijd tegen racisme.

Afgelopen jaar werd ik weer geconfronteerd met mijn privileges. Ik voelde mij ongemakkelijk toen ik het filmpje zag waar een politieagent in negen minuten verantwoordelijk was voor de doodsstrijd van George Floyd. Als witte vrouw in een wit filosofiedepartement, zie ik dat een academische positie ook voor mij is weggelegd. Als ik reis tussen Antwerpen en Amsterdam wordt nooit naar mijn paspoort gevraagd en beweeg ik me vrij. Ik voelde geen pijn als ik langs het recent verwijderde beeld van Leopold II liep – als Nederlandse zei die geschiedenis me überhaupt weinig. Een gekleurde vriendin wees me daarop, vertelde over de afgekapte handen en de vele slachtoffers die vielen, en over hoe dat verleden doorwerkt. Dat nog steeds racistische leuzen geroepen worden op festivals, dat een zwarte jongen bij de ontgroening van Reuzegom vermoord werd en de witte daders een essay moesten schrijven als straf, en ga zo maar door.

Het korte boekje White Privilege van de filosofe Shannon Sullivan geeft wat ingangen om na te denken over wat de verantwoordelijkheden zijn die samenhangen met een geprivilegieerde positie. Hier gebruik ik ‘geprivilegieerd’ om een positie te beschrijven van waaruit je in staat bent en het voorrecht hebt om te handelen. Je hoeft het bestaan van wit privilege niet te erkennen om deze argumentatielijn te kunnen volgen – hoewel ik ervan overtuigd ben dat onze huidskleur een sterke, zij het niet per definitie alles bepalende, invloed is op hoe we behandeld worden in de wereld en welke kansen we wel en niet krijgen.

De beelden van de moord op George Floyd en de verhalen over een doorwerkend historisch onrecht herinnerden mij aan mijn bevoorrechte positie. En lieten me ook beschaamd herinneren dat dit iets is wat heel vaak onzichtbaar is. Voor mij is Ignorital een effectief medicijn tegen het ongemak – voor mensen van kleur deert racisme misschien te veel om het niet te weten, voor mij is dat zeker niet het geval. Schaamte daarvoor is echter niet de beste reactie. Telkens weer blijkt dat schaamte niet leidt tot verantwoordelijkheid nemen voor een situatie, maar voor het afreageren van vijandschap op anderen en soms ook op zichzelf. Robin DiAngelo schreef een boek over Witte Fragiliteit, waarin ze uiteenzet dat de defensieve reactie van witte mensen om het ‘goed’ te doen daadwerkelijke verandering in de weg staat.

Volgens Sullivan leiden witte schuldgevoelens vaak af van de belangrijke vraag wat er gedaan kan worden om wit privilege en de daarmee samenhangende gemarginaliseerde positie van mensen van kleur tegen te gaan. Waarom zijn witte schuld en witte schaamte dan zo courant? Als eerste omdat er beperkte opties zijn te tonen dat je antiracistisch bent. Als tweede omdat witte schaamte en schuld een klassehiërarchie in stand houden. Witte schaamte en schuld figureren hier als cultureel kapitaal voor mensen van goede stand.

Hetzelfde mechanisme speelt ook bij eco-fragiliteit en groene schaamte: de ecologische keuze als manier om te laten zien dat je goed bezig bent. De ecologische optie in de supermarkt, de groene verpakking: de impact is voornamelijk virtue signalling. Je hebt al iets gedaan dus je hoeft niet meer te doen dan dat. Dit is iets wat de groot-vervuilers ook weten: als we de consumenten van fossiele brandstoffen zelf verantwoordelijk maken, hoeven zij niet te morrelen aan hun systeem en verdienmodel. Nu klimaatverandering niet meer valt te ontkennen, worden de effectieve oplossingen ontkent. Grote uitstoters hebben er baat bij dat mensen als jij en ik ons focussen op lifestyle, ons schuldig voelen of juist beter dan anderen, maar vooral niet ons verzetten tegen het grotere plaatje. Limiteer je handelingsperspectief niet tot wat je wel en niet koopt.

Systeemverandering in plaats van schuldgevoelens

Shell vroeg laatst in een poll op twitter wat jouw bijdrage is aan de weg naar klimaatneutraal. Mensen als jij en ik konden aanklikken of we minder vlees gingen eten, of misschien toch op vakantie gingen in eigen land. Het narratief erachter was dat we samen de schouders eronder kunnen zetten en ieder probleem kunnen tackelen. We kunnen ook daadwerkelijk ieder probleem tackelen – ook als het groot lijkt, als het ons machteloos maakt, als het lijkt alsof onze bijdrage slechts een druppel op de gloeiende plaat is. Maar niet door ons te laten shamen door een bedrijf dat nog steeds 96% van haar investeringen doet in niet-duurzame projecten.

Een individueel appel leidt veeleer tot verlamming als gevolg van schaamte, angst of wanhoop. Maar ook als het wel tot actie aanzet, is dat vaak actie met slechts weinig gevolg. Het is het reduceren van het handelingsperspectief tot de levensstijl van één iemand, in plaats van de mogelijkheid van systeemverandering. ‘Een beter milieu begint niet bij jezelf ’ was daarom lange tijd mijn motto. Net als Jaap Tielbeke, schrijver van een boek met die titel, vind ik dat de groene optie aanschaffen goed is, maar niet goed genoeg. Net zoals zelf niet discrimineren goed is, maar niet zal leiden tot een samenleving zonder racisme. Individuele verantwoordelijkheid moeten we zeker nemen, maar uiteindelijk is klimaat-ontwrichting geen ethisch vraagstuk over hoe we moeten leven, maar een politieke kwestie over hoe we moeten leven met elkaar. Men moet meer doen dan niet slecht zijn. Men moet leed voorkomen.

Leg je niet bij de feiten neer

De effectiviteit van collectieve actie produceert een krachtig en betekenisvol gevoel. Ik heb dit zelf kunnen ervaren toen ik in 2017 voor het eerst meedeed aan een massale burgerlijke ongehoorzaamheidsactie. Onder de naam ‘Code Rood,’ met meer dan driehonderd mensen, betrad ik het terrein van de kolenoverslag van de Amsterdamse haven. De hier opgeslagen kolen dragen niet alleen als ze opgestookt en gewonnen worden bij aan klimaatontwrichting, maar worden veelal ook onder erbarmelijke omstandigheden gewonnen en zijn de inzet van gewelddadig conflict: bloedkolen. Totaal verbijsterd liep ik langs apocalyptische bergen zwarte kool, en langs de tientallen meters hoge kranen en machines op het terrein. Een maanlandschap op een kwartiertje fietsen van de plek waar ik geboren ben. Het is ‘Code Rood voor het klimaat’ verkondigde een groep Nederlanders die op de terugweg van acties van Ende Gelände in het Duitse Lausitz geïnspireerd was ook in eigen land verantwoordelijkheid te nemen.

De eerste Ende Gelände actie vond plaats in 2015. Het was tijd, volgens de Duitse initiatiefnemers, voor concrete, duidelijk zichtbare actie met direct effect. Terwijl ik me toen nog zorgen maakte over de klimaatimpact van mijn gasfornuis, hield de blokkade waar mijn vrienden aan meededen een hoeveelheid CO2 van vijf keer heen en weer vliegen naar New York per deelnemer tegen. Geen wonder dat elk jaar meer mensen deelnemen, gemotiveerd door een groeiend besef dat het zo niet verder kan. Ergens in de buurt van de grootst groeiende mijn van Europa zetten enkele honderden mensen – en vaak veel meer, de laatste keer dat ik deelnam, in 2019, was ik een van de vierduizend – hun tent op. De toiletten, de voedselvoorzieningen, de enorme circustenten waarin vergaderd en voorbereid kan worden staan dan al. Wie geld heeft, kan een vrijwillige donatie doen om de organisatie en materiaalkosten te dekken, anderen gooien ‘alleen’ hun lichaam in de strijd. Er zijn mensen die journalisten te woord kunnen staan, mensen die zelf voor sociale media en eigen kanalen video’s en foto’s maken, en er zijn ervaren vrijwilligers die actie-vorming geven. Zelf heb ik vorig jaar ook zulke vormingen gegeven: ga de actie in met een buddy en een groepje gelijkgestemden. Houd in de gaten hoe het met elkaar gaat. Bel elkaar na de actie op. Zet elkaar niet onder druk en doe geen dingen waar je jou oncomfortabel bij voelt. En, o ja, dit zijn de beste manieren om je passief te verzetten tegen de politie, je hoeft niets te zeggen als je verhoord wordt, en dit is de beste manier om door een politielinie heen te breken.

Actie Code Rood door de klimaatbeweging Ende Gelände in de haven van Amsterdam in 2017

(Geen) escapisme

De acties van Ende Gelände richten zich vooral tegen de uitbereiding van de bruinkolen-mijn van het energiebedrijf RWE. De grootste open pit-bruinkoolmijn van Europa ligt vlak bij de grens van Duitsland met Nederland. Hele dorpen zijn opgeslokt voor de uitbreiding van de mijn, net als een van de laatste bestaande oerbossen van Europa, het Hambach Forst. En ook daar zijn acties, zij het van een ander karakter. Bos-beschermers hebben een permanente bosbezetting opgetuigd, leven in boomhutten, en hebben vrijwel alle gemakken van het ‘normale’ leven opgegeven. Der Klimawandel wartet nicht bis dein Bachelor fertig ist, staat op de stickers die de activisten uitdelen. Hoewel deze slogan gericht is naar jongeren, wonen er hier niet alleen mensen die studieontwijkend gedrag vertonen. Actievoeren in Hambach is geen escapisme, maar net doodserieus. In 2018 kwam de 27-jarige journalist Steffen Meyn om het leven toen de Duitse politie een inval deed bij het kampement. Ondertussen is de kap voorlopig stopgezet door het verzet van de activisten en de vele rechtszaken.

De tactiek van massale burgerlijke ongehoorzaamheid van Ende Gelände is relatief veilig en minder veeleisend dan een bosbezetting. Er worden kooien ingezet om mensen tijdelijk vast te zetten, maar er is simpelweg geen capaciteit om dat met honderden klimaatstrijders tegelijkertijd te doen. Ook vergt het minder tijd – een lang weekend, in plaats van maanden, jaren, of je leven. Een ‘activistenfestival’ noemt een vriendin het daarom. Het risico op blauwe plekken of politie-interventie bestaat, maar is niettemin klein. Meedoen is ook helemaal gratis. Met leuke muziek, lekker eten, stinkende toiletten en een uitgebreid programma is het net als een festival waar je alleen zelf je tent op hoeft te zetten. Waar velen op Rock Werchter niet vies zijn van een pilletje voor een transcendente ervaring, is dat bij veel directe actie niet nodig. Het gevoel van verbondenheid en kracht, daar kan geen drugs tegenop. Handelingsperspectief wordt bepaald door emoties. Ik voelde een ervaring die bijna transcendent was – niet alleen de magie van door een politielinie heen te breken, of zien dat jouw blokkade de rook uit vervuilende schoorstenen doet stoppen, maar vooral het gezamenlijk met anderen direct ervaren dat je een verschil maakt. Verhalen hebben impact. Ze zetten ons in beweging of kunnen ons juist tot stilstand brengen. Het woord emotie deelt haar wortels met het woord movere – bewegen. De klimaatrechtvaardigheidsbeweging moet mensen in beweging brengen om iets te bereiken.

Kennis over klimaatontwrichting werkte voor Lisa Simpson verlammend: ze wist niet wat te doen of hoe verandering te bewerkstelligen, en werd depressief. Men schreef haar Ignorital voor, want wat niet weet, wat niet deert. Sarah Jaquette Ray beargumenteert echter in haar A Field Guide for Climate Anxiety dat het ongemak dat gepaard gaat met het doordrongen zijn van de betekenis van de klimaat-crisis, een noodzakelijke stap is richting een effectieve respons. Als Lisa’s gevoel niet onderdrukt wordt, maar wordt gemobiliseerd om te beschermen wat er is, zou ze verbazingwekkend goed actievoeren. Niet omdat optimistisch zijn werkt, maar omdat ‘niet opgeven’ betekenis geeft aan het leven.

Niets voelt beter dan je gezamenlijke kracht ervaren

Aandacht besteden aan emoties helpt ons de behoefte te overwinnen van ons terug te trekken in een comfortabele positie, en verbreedt ons begrip van de posities van anderen. Als klimaatrecht-vaardigheid je doel is, laat de groene schaamte en eco-fragiliteit los, ontdek de nuances van hoop, en geniet van de wereld en bewonder wat voor moois er nog is. We moeten opboksen tegen gevestigde belangen, en daarvoor is een vertrouwen in het eigen kunnen onontbeerlijk. Dat vertrouwen ervaar je door te doen. Er zijn heel veel opties en manieren van betrokken zijn bij klimaatactivisme, van heel laagdrempelig en zonder risico op een klimaat-mars meelopen tot deelnemen aan een bezetting van het INEOS-terrein.

Door ons handelingsperspectief te verbreden en te weten dat grote, onmogelijke dromen in het verleden ook uitgekomen zijn, kunnen we vertrouwen krijgen in de eigen effectiviteit. Niet Ignoritall, maar collectieve actie is het antwoord tegen de angst en schaamte die we ervaren in reactie op klimaatontwrichting.